Swifters: ultieme doorsnee schapen
Hun swifterschapen maken de idylle van het boerderijtje compleet. Toch gaat het bij het echtpaar Peters in Wijchen verder dan ‘een leuke hobby’; ze staan als schapenbedrijf ingeschreven bij de Kamer van Koophandel. Het swifterschaap is een economisch ras, maar evengoed heeft het de hobbyist iets te bieden, want de ooien zijn goede moeders en het is eigenlijk het ideale ‘gewone’ schaap.
Ze noemen de schapen hun ‘derde baan’. Anton (61) werkt parttime in de automatisering, Ineke (57) in de zorg. Hun beider professies komen van pas bij de schapen, waarvan hij met name de stamboekzaken doet en zij vooral de zorg voor de lammeren op zich neemt.
Swifter schaap
De swifter-ooi is een goede moeder met een hoge melkproductie, terwijl de geboortes bij swifters meestal probleemloos verlopen. Bovenal levert dit schaap een behoorlijk geslacht gewicht op. Voortgekomen uit de kruising van het Texelse vleesschaap en het Vlaamse melkschaap is de swifter het beste van twee werelden.
Hobby rendeeert
Wol mag dan niets meer opleveren, de schapenhouderij in Wijchen rendeert. “Schapen zijn erg duur geworden, door schaarste misschien. Ja, we houden er financieel wat aan over, al moet je geen afschrijving van de stal of investering in grond meerekenen. Misschien als je twee- of driehonderd dieren houdt, maar daar zijn wij met vijfentwintig fokooien veel te klein voor.” Over de afzet hebben ze niet te klagen. “Alle jonge ooien zijn zo te plaatsen, sterker nog, we hebben een wachtlijst. Ook de jonge rammen die blauwtong overleefden zijn allemaal verkocht voor de fokkerij.”
Makkelijk ras
Ook als Anton en Ineke niet semiprofessioneel zouden zijn, kozen ze nog voor de swifter. “Want het is een makkelijk ras, vriendelijk, niet schichtig. Het gaat goed samen met onze hond en kinderen lopen geen risico dat ze een stoot krijgen. Een tevreden, fijn ras”, bepleit Ineke, terwijl Anton nog onderstreept: “Het grote voordeel voor hobbyisten is dat ze zo goed voor hun lammetjes zorgen. Er wordt bij ons geen lam verstoten; ook als ze een vierling heeft, blijft de ooi constant controleren of ze er nog alle vier zijn en of ze nog goed drinken.” Op de vraag of het een ras is om verliefd op te worden, aarzelt het stel even. “Hij heeft geen mooie zwarte kop of mooie hoorns, nee, het is een productieschaap, daar blijf ik bij. Het is wel een echt schaap, maar er verliefd op worden, dat weet ik niet”, aldus Ineke. Anton: “Als het om het uiterlijk gaat, is het een heel gewoon schaap. Eigenlijk is dit het ultieme doorsneeschaap.”
Meer weten over deze schapen?
Het volledige artikel over deze schapen verscheen in Landleven juni. Deze editie kunt u hier bestellen.
Fotografie: Theo Tangelder
