Tips voor aardappels telen

Tips voor aardappels telen

Het is een uitdaging om heerlijke aardappels te telen zonder het gebruik van chemische middelen en kunstmest. Voormalig boer Evert Boerhave helpt je graag op weg. “Ik wil dat mensen plezier hebben met aardappels.” Hij heeft legio nuttige tips.

Grondbewerking

  • Spit zandgrond in februari
  • Spit kleigrond voor de winter

Bemesting

  • Wees zuinig met kippenmest
  • Veel loof? Mest minder royaal
  • Beetje stress komt smaak ten goede

Pootgoed

  • Koop poters half maart
  • Kies mooie en gave poters zonder zwarte spikkels en niet zacht (zacht = ‘versleten’)
  • Grote poters geven veel knollen, kleine poters geven grotere knollen
  • Grote knollen (35-50 millimeter) poot u op een onderlinge afstand van 25 centimeter, kleine knollen (28-35 millimeter) op 15 centimeter.
  • Tussen de rijen adviseert Evert ongeveer 65 centimeter. Reken aan de hand hiervan uit hoeveel je nodig hebt.
  • Vroege en sterke rassen (Frieslander, Amora, Doré, Willem van Oranje) zijn het beste tegen phytophthora (aardappelziekte). Ze worden geoogst voor de ziekte toeslaat.

Voorkiemen

  • Kiem voor in maart
  • Kiem voor in kistjes
  • Leg de poters in het licht

Begin voorkiemen in huiskamer

  • Topkiem verwijderen
  • Poters met 1,5 centimeter kiem naar buiten
  • Verder kiemen op beschutte, droge plaats

Poten

  • Begin april poten
  • Grote poters (35-50 millimeter) op 25 centimeter afstand Kleine poters (28-35 millimeter) op 15 centimeter afstand
  • Tegen phytophthora (aardappelziekte) en voor gemakkelijk werk: 70 centimeter ruimte tussen rijen
  • Bij dreigende nachtvorst: afdekken met plastic

Ruggenteelt

  • In ruggen telen heeft als voordeel dat de grond sneller opwarmt dan op vlakke grond. Verder voorkomt het dat de knollen groen worden en zorgt het voor meer ondergrondse uitlopers. Overschot aan water loopt weg langs de ruggen.
  • Bouw rug geleidelijk op tijdens groei, door tijdens het wieden de aarde naar de plant te harken
  • Stop aanaarden vlak voor ‘sluiting’ gewas.

Verzorging

  • Bestrijd slakken, die het voorzien hebben op de knollen.
  • Geef niet te snel water, alleen als het heel droog is. Bevloei dan de grond in plaats van sproeien.
  • Zodra er omstreeks juni zwarte vlekjes verschijnen (phytophthora) moet je het loof verwijderen. Trek het van de plant en gooi het in de afvalcontainer en niet op de composthoop, of verbrand het. Laat de aardappels nog een paar weken zitten.
  • Als het loof geel wordt en afsterft zijn de aardappels klaar om te rooien.

Rooien

  • Rooi de aardappels bij droog weer
  • Wip de knollen omhoog met een greep
  • Trek de aardappels met de hand uit de grond.
  • Zorg dat je alle knollen de grond uit haalt, om besmetting met ziekten en aaltjes te voorkomen.

Opslag

  • Sla de piepers droog, koel en luchtig op, bijvoorbeeld afgedekt onder een afdak
  • Isoleer opgeslagen aardappels tegen vorst
  • De temperatuur moet tussen 2 en 8 graden liggen.

Wisselteelt

  • Pas teeltwisseling toe. Poot niet opnieuw aardappels op hetzelfde stuk land, maar wacht een aantal jaren.
  • Wat ook kan is na de piepers afrikaantjes inzaaien; teeltwisseling in een jaar.
  • Wissel regelmatig van ras om ziektes te voorkomen.

Teelt in bakken

Heb je weinig ruimte? Aardappels kun je ook telen in grote bakken, bijvoorbeeld speciekuipen. Je gaat grotendeels te werk als hierboven beschreven.  Poot een paar piepers in een laagje grond van ongeveer 30 cm. Zodra het loof gaat groeien voeg je telkens wat aarde toe, tot de bak bijna vol is. Geef bij droog weer regelmatig water aan de voet. De planten worden erg groot, maar zien er in bloei prachtig uit.  Rooi zodra het loof afsterft of vlekken krijgt. Daarna kun je in de bak een ander gewas planten of zaaien.


Mario Broekhuis
Door
Mario Broekhuis

Mario Broekhuis is als hoofdredacteur verantwoordelijk voor alles wat er inhoudelijk onder de vlag van Landleven gebeurt. Hij bewaakt de formule. Bezoekers van de evenementen van Landleven kennen zijn stem als omroeper. En menigeen herkent hem ook als de schrijver van ‘dat stukje’ voorin in het blad. Maar wie goed oplet komt zijn naam vaker tegen als auteur van artikelen. Mario is een echt buitenmens.