De paardenstal
Het is voor paarden niet fijn om de hele dag op stal te staan. Mocht dit door omstandigheden echt niet anders kunnen, zorg er dan voor dat het paard naar buiten kan kijken. Zo ziet het paard andere dieren, paarden en mensen en behoudt het zijn kuddegevoel, ondanks de individuele huisvesting.
In de Gids Goede Praktijken heeft de Sectorraad Paarden richtlijnen vastgelegd voor het houden van paarden:
- Een boxoppervlakte van minimaal 2xstokmaat in het kwadraat voor pony’s kleiner dan 1,56 meter.
- Een boxoppervlakte van minimaal 10 m2 voor paarden groter dan 1,56 meter.
- De oppervlakte voor de box van hoogdrachtige merries tijdens het veulenen en voor een merrie met een veulen is minimaal 12 m2, tenzij er minimaal acht uur weidegang wordt toegepast.
- Zorg ervoor dat paarden die in individuele huisvesting staan per dag minimaal vier uur buiten de box komen. Tenzij dit niet mogelijk is door bijvoorbeeld een slechte gezondheid.
Zorg ervoor dat de paarden in hun stal voldoende ventilatie hebben. Een ventilatierooster van een halve vierkante meter is voor een paard van zeshonderd kilo ruim voldoende. Let erop dat het niet gaat tochten, paarden kunnen hier ziek van worden. Daarnaast is het goed het stofgehalte in de stal te verlagen. Dit kun je doen voor het uitmesten van de stal, het strooisel vochtig te maken. Daarnaast geven houtkrullen veel minder stof dan stro. Hooi en stro kan het beste zodanig worden opgeslagen dat het stalklimaat er niet onder te lijden heeft.
De mooiste ligging van een stal is direct in het weiland of op de paddock. Zo hoeven alleen de deuren worden opengezet om de paarde voldoende beweging te geven. Wanneer paarden te weinig bewegen en onvoldoende tijd krijgen om te grazen, ontwikkelen ze gedragsproblemen en problemen met hun gezondheid. De bewegingstal biedt hierin een oplossing. Ook een schutstal in het weiland geeft paarden zowel beweging als bescherming tegen zon, wind en regen.