Zo ga je te werk
De avond van tevoren
Meng ’s avonds in een flink ruime kom de roggezuurdesem, 425 ml lauw water, 300 gram patent tarwebloem en 200 gram roggemeel. Dek de kom af met huishoudfolie of een plastic badmuts en laat minstens 12 uur staan. Kamertemperatuur is prima, iets kouder kan ook.
De volgende dag
Voeg aan het mengsel van gisteren toe: 200 ml lauw water, 500 gram patent tarwebloem, rozijnen en walnoten (hoeveelheid naar keuze) en ongeveer 20 gram zout. Kneed alles gedurende acht minuten door elkaar en laat het in een afgedekte kom drie uur narijzen.
Kneed tijdens het narijzen het deeg drie keer door het een paar keer om-en-om te vouwen. Na het rijzen zal het volume verdubbeld zijn.
Verdeel dan het deeg in drieën en leg het in rieten rijsmanden die vooraf bestoven zijn met roggebloem. Rijsmanden zorgen dat de broodvorm niet uitzakt. Laat de broden in de manden nog een halfuurtje narijzen.
Haal ze eruit, bestuif een platte schep met bloem en leg ze hierop. Met deze schep kunt u de broden in de houtoven schuiven. Voor een elektrische oven volstaat het om de broden op een bakplaat met bakpapier te leggen. De baktemperatuur moet 250 graden zijn.
In een halfuur zijn de buurtbikkels gaar. Laat ze afkoelen op een rooster en serveer met een flinke lik echte boerenboter.