Zo ga je te werk:
Verzamel een flink aantal walnoten met rottende bolsters. Verwijder de bolsters met een scherp mes van de noten. Vul een oude roestvrijstalen (soep)pan van ongeveer vijf liter voor een derde met de bolsters en eventueel een paar noten. Voeg water toe, totdat de massa net onder staat. Breng op hoog vuur aan de kook, draai het vuur daarna terug tot het water net aan de kook blijft. Laat het mengsel één tot twee uur op een laag pitje inkoken tot een gelijkmatig mengsel, terwijl je zo nu en dan roert met een oude lepel. Test desgewenst tijdens het inkoken of de inkt de gewenste concentratie en kleur heeft door een oude kwast in het mengsel te dopen en daarmee een proefpapiertje in te smeren.Voeg een half uur voor het einde van de kooktijd een flinke lepel azijn en een flinke lepel zeezout toe als conserveermiddel. Laat het brouwsel vervolgens afkoelen, haal de noten eruit en zeef het. Giet de inkt over in een schone glazen pot. Kook de potjes uit in kokend water met soda en spoel goed na met kokend water voor je ze gebruikt.