Dak
Voor het frame van het dak gebruik je twee stevige latten (P en R) die je met een halfhoutverbinding op de hoeken aan elkaar verbindt (zaag uit beide delen tegenoverliggend x 1,5 centimeter, zie detailtekening.) Breng houtlijm aan schroef daarna vast. Bevestig op dit frame tweemaal spant N (aan voor- en achterzijde); zaag deze in verstek aan elkaar. En als extra spant O met verstevigingsbalk Q. Schroef deze vast op R. Je kan ervoor kiezen om een extra dakplaat te bevestigen op het dakframe, voor extra bescherming tegen regen. Wij kozen ervoor om het dak op te bouwen uit dakpansgewijs opgebrachte planken (K).
Plaats de zij- en achterwanden op hun plek. Zet vast in A, S en T. Plaats de voorwand op de bodemplaat, tegen de zijwanden aan, en zet vast in A en U. Plaats het frame voor dak tegen de binnenzijde van de achter- en zijwanden en zorg ervoor dat het rust op de uitgezaagde delen van de voorwand. Zet rondom vast.
Voordat je de dakplanken bevestigt is het handig ze te schilderen, zowel de binnen- als de buitenzijde. Zet voor een langere levensduur de planken in de grondverf en lak ze tweemaal af. Bevestig de planken voor het dak (K) op het dakframe. Begin onderaan. Laat de onderste plank ongeveer voor de helft oversteken en plaats elke bovenliggende plank voor circa een kwart overlappend op de plank daaronder. Werk de nok van het hok af met een aluminium strip die je over de nok heen buigt en vastzet. Bevestig aan de uiteinden van het dak een fraaie afwerklijst, waaruit je een elegante vorm zaagt. (Gebruik de eerste afwerklijst die naar je zin is als mal voor de overige drie.) Zaag de lijsten in verstek zodat ze mooi aansluiten. Werk de sierlijsten af met een deklat over de dakplanken.